De Kennisgroep Onroerende Zaken van de Belastingdienst heeft een standpunt gepubliceerd waarin ze stelt dat een garage die op enige afstand van de woning ligt, kwalificeert als ‘aanhorigheid’. Ondanks het feit dat dit standpunt betrekking heeft op de eigenwoningregeling in de inkomstenbelasting, kan dit impact hebben op de vennootschapsbelasting(vpb)-positie van vastgoedexploitanten, zoals woningcorporaties.
Standpunt Belastingdienst
In de voorgelegde casus was sprake van een woning met een garage die op 70 meter afstand van de woning in een andere straat was gelegen. De woning en garage zijn in dezelfde bouwstijl en hetzelfde bouwjaar gebouwd. De Kennisgroep oordeelt dat de garage in deze situatie, op basis van de feiten en omstandigheden, kwalificeert als ‘aanhorigheid’ bij de woning. De afstand tussen de woning en de garage en het feit dat de garage vanuit de woning enkel via een openbare weg te bereiken is doet hier niet aan af. Wel merkt de Kennisgroep op dat een en ander altijd op basis van alle relevante feiten en omstandigheden moet worden beoordeeld. De Kennisgroep noemt daarbij een aantal criteria die volgen uit jurisprudentie.
Impact op de vpb
Ondanks dat het standpunt betrekking heeft op de eigenwoningregeling in de inkomstenbelasting heeft de kwalificatie als ‘aanhorigheid’ ook gevolgen voor de vpb. In dit kader is namelijk wettelijk bepaald dat bij het bepalen van de afschrijvingen op ‘gebouwen’ (waaronder de toets aan de zogenoemde ‘bodemwaarde’) de onderdelen van het gebouw, de grond en de aanhorigheden als één bedrijfsmiddel moet worden beschouwd. Dit betekent dat in de fiscale MVA-staat de garage en de woning als één moeten worden verantwoord. In de praktijk zien we het met enige regelmaat voorkomen dat deze, zeker indien sprake is van twee WOZ-objecten, als twee afzonderlijke bedrijfsmiddelen worden aangewend.
Wat te doen?
Indien u zowel garages als woningen bezit, adviseren we om kritisch te beoordelen in welke gevallen sprake is van een 'aanhorigheid’ bij de woning en dit als zodanig te verwerken in de fiscale activastaat. Uiteraard zijn wij hierbij graag van dienst. Aangezien fiscaal slechts kan worden afgeschreven tot de ‘bodemwaarde’ (100% van de WOZ-waarde) en de garages veelal een relatief lage (boek-)waarde hebben, is de impact op de afschrijvingslast in veel gevallen relatief klein. Echter leidt dit wel tot de nodige administratieve lasten. Volledigheidshalve merken we op dat dit standpunt geen gevolgen heeft voor de kwalificatie van (de verhuur van) de garage in de btw. De btw kent namelijk een eigen definitie van ‘aanhorigheid’.
Mocht u naar aanleiding van het Kennisgroepstandpunt en/of dit nieuwsbericht nog vragen hebben, dan horen we het graag. U kunt hiervoor contact opnemen met uw BDO-contactpersoon of een van onze specialisten.