De toekomst van uw oudedagsverplichting (ODV)

Naast het afkopen van het opgebouwde pensioen in eigen beheer was het tot en met 2019 ook mogelijk dit pensioen in eigen beheer tot en met 2019 om te zetten in een oudedagsverplichting (ODV). Ongeveer 1/3e van de DGA’s met een pensioen in eigen beheer heeft gekozen voor de ODV. De vraag is hoe u (in de toekomst) omgaat met deze ODV.

Pensioen in eigen beheer en ODV

Bij een omzetting van het pensioen in eigen beheer in een ODV werd het pensioen in eigen beheer fiscaal geruisloos afgestempeld van de commerciële naar de fiscale waarde en vervolgens omgezet in een ODV. De fiscale reservering is hierbij direct de waarde van de ODV en in de toekomst moeten hiervoor uitkeringen worden aangekocht.

Voor zover de ODV niet is afgestort in een lijfrente (zie hierna), moeten op de AOW-gerechtigde leeftijd – of uiterlijk twee maanden later – uitkeringen worden aangekocht. Deze uitkeringen kunnen door de bv worden verzorgd. Er hoeft geen actuariële berekening te worden gemaakt, maar de bv zal in het eerste jaar 1/20e deel van de ODV uitkeren. Een jaar later zal er 1/19e van de ODV op dat moment worden uitgekeerd, een jaar later 1/18e, enz. De totale duur moet namelijk 20 jaar zijn en het is dus een stellige uitkering. 

Na het overlijden van de DGA zullen de uitkeringen doorgaan aan de erfgenamen, totdat de 20 jaar zijn volgemaakt. Aangezien het aan de erfgenamen toe moet komen, is dit niet per definitie de partner.

De uitkeringen uit de ODV mogen op grond van art. 38p, lid 2, onderdeel a Wet LB 1964 overigens maximaal vijf jaar voor de AOW-gerechtigde leeftijd ingaan. In een dergelijke situatie is de uitkeringsduur dan (maximaal) 25 jaar. 

Afstorting ODV in lijfrente

Het is toegestaan de ODV op enig moment geheel of gedeeltelijk om te zetten in een lijfrente bij een verzekeraar, bank of beleggingsinstelling. Bij deze uitvoerder moet dan een toegestane lijfrente worden aangekocht. Ook als de uitkeringen al zijn ingegaan kan een ODV nog worden omgezet in een lijfrente. Dat is ook het geval als de DGA inmiddels ouder is dan vijf jaar na de AOW-gerechtigde leeftijd. Wel gelden daarbij wat aanvullende voorwaarden, waaronder afstemming met de Belastingdienst. Afstorting van de ODV op hogere leeftijd kan zeker welkom zijn, omdat dit eventueel de mogelijkheid biedt om  de BV te liquideren.

Mogelijkheden lijfrente

Daar waar de ODV gebonden is aan een uitkeringstermijn van 20 jaar, is dit bij een lijfrente anders. Een kortere termijn is daarbij meestal mogelijk. Daarnaast zijn er nog meer verschillen tussen de afwikkeling van een ODV bij de eigen BV versus de afstorting in een lijfrente bij een toegestane uitvoerder. 

Vragen over mogelijke afstorting van uw ODV?

Als u vragen hebt over de mogelijk afstorting van uw ODV in een lijfrente, neem dan zeker even contact op met uw BDO-adviseur. En zou het tot een afstorting komen, kunnen de adviseurs van ZKR-pensioenconsultants dat voor u regelen.