Btw bij dropshipping, berekent u het juiste btw-bedrag?

Dropshipping is een populair business model. Bij grensoverschrijdende handel doen zich verschillende btw-vraagstukken voor. Recent werd een kennisgroepstandpunt van de Belastingdienst over dit onderwerp gepubliceerd. Volgens het kennisgroepstandpunt moet het vervoer bij dropshipping toegerekend worden aan de levering van de dropshipper aan zijn afnemer. Wij vinden dit een verrassend standpunt. In dit artikel gaan wij dieper in op dit kennisgroepstandpunt en de gevolgen daarvan voor de btw-behandeling van dropshipping.

Eén vervoer – twee leveringen voor de btw

In geval van dropshipping is voor de btw sprake van twee leveringen, hoewel er maar één vervoer plaatsvindt. Eerst is sprake van een levering van de leverancier aan de webwinkel die dropshipping toepast en vervolgens van de webwinkel aan de klant. Over beide leveringen is btw verschuldigd. Wanneer de goederen binnen hetzelfde land blijven, zal voor beide leveringen btw naar het btw-tarief van dat land van toepassing zijn. Het wordt ingewikkelder wanneer de goederen van of naar een ander EU-land gaan of nog moeten worden ingevoerd. Het is dan van belang aan welke van de twee leveringen het vervoer moet worden toegerekend om de btw-behandeling te bepalen.

Kennisgroepstandpunt Belastingdienst

In de aan de kennisgroep voorgelegde casus gaat het om een situatie waarin een bestelling wordt gedaan door een Nederlandse particulier bij een Nederlandse webwinkel die de goederen vervolgens bestelt bij een Chinese leverancier. De goederen worden door die Chinese leverancier rechtstreeks verzonden naar het thuisadres van de Nederlandse particulier. De invoer van de goederen in Nederland vindt plaats op naam van een post- of koeriersbedrijf.

De kennisgroep neemt het standpunt in dat in deze casus het vervoer toerekenbaar is aan de levering van de Nederlandse webwinkel aan de Nederlandse klant. Het gevolg hiervan is dat de levering van de webwinkel aan de particuliere afnemer belast is in China. De particulier is Nederlandse invoer-btw verschuldigd die het post- of koeriersbedrijf namens hem voldoet aan de douane. De gevolgen zijn anders indien de Nederlandse webwinkel gebruik maakt van de invoerregeling. De webwinkel berekent dan Nederlandse btw aan de particulier en bij invoer kan gebruik worden gemaakt van een vrijstelling. 

Standpunt BDO

Wij vinden het standpunt van de kennisgroep dat het vervoer toerekenbaar is aan de levering van de webwinkel aan de particulier opvallend. Het is namelijk de Chinese leverancier die het post- of koeriersbedrijf inschakelt en de goederen feitelijk verstuurt.

De kennisgroep heeft vier argumenten om het vervoer toe te rekenen en dit toch niet doorslaggevend te laten zijn:

  1. Dit zou niet in overeenstemming zijn met het doel van de nieuwe e-commerceregels zoals die per 1 juli 2021 gelden. Volgens de kennisgroep zou bij toerekening van het vervoer aan de levering tussen de Chinese leverancier en de webwinkel, de levering tussen de webwinkel en de particulier belast zijn in Nederland, waarbij de btw niet kan worden aangegeven via de One Stop Shop regeling. Deze regeling moet administratieve lasten verlichten.
  2. De ruime invulling van het begrip afstandsverkoop bij leveringen van goederen afkomstig van buiten de EU. Deze ruime uitleg pleit ervoor ook in dit geval de levering van de webwinkel aan de particulier als afstandsverkoop te zien. Hiervoor is vereist dat het vervoer aan die levering wordt toegerekend.
  3. Uit de regeling rondom toerekening van het vervoer bij de platformfictie volgt dat het de bedoeling is van de EU-wetgever om het vervoer toe te rekenen aan de levering tussen ondernemer en consument.
  4. Toerekening van het vervoer aan de levering van de webwinkel aan de consument is ook in overeenstemming met de wijze waarop de douane de invoer afhandelt. Invoer vindt namelijk niet plaats op naam van de Chinese leverancier of Nederlandse webwinkel.

Wij zijn niet overtuigd door deze argumenten nu naar onze mening van belang is wie feitelijk de goederen vervoert. Het enkele doel van de One Stop Shop regeling en andere regelingen dan de regeling die gaat over aan welke transactie het vervoer toerekenbaar is, kunnen hiervoor niet bepalend zijn. Aan het gepubliceerde kennisgroepstandpunt kan wel vertrouwen worden ontleend en ook in de literatuur is dit standpunt ingenomen. Naar onze mening kunt u dus zowel toerekening van het vervoer aan de levering aan u als webwinkel als de levering door u als webwinkel bepleiten in dit geval, afhankelijk van de gewenste situatie en de feitelijke situatie.

Wij delen ook de visie van de kennisgroep niet dat in de situatie waarin het vervoer toegerekend wordt aan de levering van de leverancier aan de webwinkel de tweede levering (die van de webwinkel) belast is in Nederland. Naar onze mening is ook die levering belast in China, omdat de goederen op naam van de particulier worden ingevoerd.

Let op dat aan het kennisgroepstandpunt alleen vertrouwen kan worden ontleend voor de btw-heffing in Nederland. Andere EU-lidstaten kunnen er anders over denken.

Tot slot

Wij helpen u graag met een beoordeling van uw btw-positie. Neem hiervoor contact op met een van onze btw-adviseurs.