Bewegingsonderwijs valt toch in SPUK-regeling btw

Recentelijk heeft de rechtbank Limburg uitspraak gedaan over de toepassing van de zogeheten specifieke uitkering stimulering sport (SPUK-regeling) voor gemeenten. De rechtbank oordeelt dat de minister onterecht geen uitkering heeft toegekend aan de gemeente voor de btw op de kosten ten behoeve van bewegingsonderwijs. 

SPUK-regeling

Het gelegenheid geven tot sport was tot 2019 belast met het verlaagde btw-tarief. Naar aanleiding van jurisprudentie is de sportvrijstelling voor de btw met ingang van 1 januari 2019 verruimd. Die verruiming heeft tot gevolg dat exploitanten van sportaccommodaties die geen winst beogen onder de sportvrijstelling vallen. Het gaat dan bijvoorbeeld om gemeenten die sportaccommodaties niet kostendekkend exploiteren. De btw op kosten ten behoeve van vrijgestelde prestaties kan niet in aftrek worden gebracht. Om het nadeel van de niet-aftrekbare btw als gevolg van de verruimde sportvrijstelling te compenseren, konden gemeenten jaarlijks een uitkering aanvragen op grond van de SPUK-regeling. 

Volgens de minister is bewegingsonderwijs dat in sportaccommodaties plaatsvindt een vorm van onderwijs, waarop de onderwijsvrijstelling van toepassing is. Om die reden kwamen volgens de minister de kosten ten behoeve van het bewegingsonderwijs niet in aanmerking voor de SPUK-regeling. Op het SPUK-aanvraagformulier waren de kosten die zien op bewegingsonderwijs dan ook expliciet uitgesloten.

Oordeel rechtbank Limburg

Naar het oordeel van de rechtbank heeft de minister de aanvraag van de gemeente onterecht afgewezen. Op grond van de SPUK-regeling komen in aanmerking de bestedingen in het kader van sportactiviteiten: “activiteiten die worden gekenmerkt door een niet te verwaarlozen lichamelijke component.” Ook gymles in het primair en voortgezet onderwijs moet volgens de rechtbank worden aangemerkt als een activiteit met een niet te verwaarlozen lichamelijke component en is dit in de regeling zelf niet uitgesloten. Daarmee valt bewegingsonderwijs volgens de rechtbank wel onder de reikwijdte van de SPUK-regeling. De minister had zijn bedoeling uitdrukkelijk kenbaar moeten maken in de SPUK-regeling zelf en niet pas achteraf in het aanvraagformulier. Dit past ook bij een betrouwbare overheid, aldus de rechtbank.

Gevolgen voor de praktijk

Inmiddels is de SPUK-regeling voor gemeenten met ingang van 2024 aangepast. De kosten ten behoeve van bewegingsonderwijs zijn in de nieuwe regeling expliciet uitgesloten. Daarmee is de minister vooruitgelopen op de uitkomst van deze rechtbankuitspraak. Met betrekking tot de SPUK-uitkering over het jaar 2023 zien wij op grond van deze uitspraak nog mogelijkheden om toch nog in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming voor de btw op kosten ten behoeve van het bewegingsonderwijs. Dat zal niet in alle gevallen mogelijk zijn. Per individuele gemeente zullen de mogelijkheden moeten worden beoordeeld, zodra de gemeenten de definitieve beschikking over 2023 ontvangen. 

Meer weten? Neem dan contact op met een van onze btw-specialisten.