Rapportageverplichting WPM versus de CSRD: voordeel of extra last?

Rapportageverplichting WPM versus de CSRD: voordeel of extra last?

Per 1 juli 2024 moeten organisaties met 100 of meer werknemers voldoen aan de rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit (WPM), ook wel bekend als de CO2 rapportageverplichting. Deze verplichting houdt in dat ondernemingen moeten gaan rapporteren over de woon-werk mobiliteit en de zakelijke mobiliteit van hun werknemers. 

Achtergrond

In het Klimaatakkoord in 2019 werd de afspraak gemaakt om de CO2-uitstoot door werkgebonden personenmobiliteit in 2030 met minimaal 1,5 megaton verminderd te hebben. Om dit te bereiken was in eerste instantie het idee om een plafond te stellen aan de CO2-uitstoot per reizigerskilometer. Hier is uiteindelijk van afgezien en er is een gezamenlijk plafond gesteld. 

Om te kijken of dit gezamenlijke plafond momenteel overschreden wordt of niet, is de rapportageverplichting WPM in het leven geroepen. In 2026 zal aan de hand van de verkregen informatie door de rapportageverplichting opnieuw worden beoordeeld of er alsnog regelgeving komt waarin een maximum CO2-uitstoot per reizigerskilometer wordt opgenomen. 

Wat houdt de verplichting in?

Voor de rapportageverplichting zullen per mobiliteitssoort de jaarkilometers per vervoersmiddel en per soort brandstof moeten worden doorgegeven aan de overheid (RVO). Als het gaat om gebruik van openbaar vervoer moeten de euro’s van de reis worden geregistreerd. Op basis van deze input vanuit ondernemingen wordt dan aan de hand van kengetallen automatisch de CO2-uitstoot van uw organisatie berekend.

Emissierapportage volgens de CSRD

Met de inwerkingtreding van de CSRD zal ook over de CO2-uitstoot van de onderneming gerapporteerd moeten worden. Milieustandaard ESRS E1 schrijft voor dat dit gedaan moet worden aan de hand van het Greenhouse Gas (GHG) protocol. Hierin wordt de uitstoot van een onderneming onderverdeeld in scope 1, 2 en 3: 
  • Scope 1-emissies zijn de directe uitstoot van broeikasgassen door een organisatie. Het betreft de bronnen die eigendom zijn van of gecontroleerd worden door het bedrijf, bijvoorbeeld de machines in een productiehal en de auto’s in eigen beheer. 
  • Scope 2-emissies zijn indirecte broeikasgasemissies uit de opwekking van gekochte elektriciteit die door het bedrijf wordt verbruikt, bijvoorbeeld de ingekochte elektriciteit voor de gebouwen waar de onderneming in is gehuisvest.
  • Onder scope 3-emissies vallen alle overige indirecte emissies als gevolg van de activiteiten van het bedrijf, en komen uit bronnen waar het bedrijf geen controle op uit kan oefenen.

Verschillen tussen rapportageverplichting WPM en CSRD

De vraag is in hoeverre de WPM en de CSRD qua vereiste rapportage met elkaar overeenkomen. De uitstoot van broeikasgassen die voor de rapportageverplichting WPM berekend wordt, zal vallen in de emissies van scope 1 en/of scope 3, afhankelijk van de specifieke situatie van uw onderneming. Dezelfde informatie kan daarom voor beide rapportages gebruikt worden. 

Desalniettemin is deze overlap beperkt, aangezien de details van de gevraagde data onder de rapportageverplichtingen verschilt. Voor de rapportageverplichting WPM moeten namelijk de jaarkilometers of bestede euro’s per categorie doorgegeven worden en onder de CSRD zal de CO2-equivalent gerapporteerd moeten worden. Ook zijn de categorieën die worden gebruikt voor de rapportageverplichting WPM anders dan de scopes die u moet toelichten in de CSRD-rapportage. 

Informatie zal daarom uitgesplitst moeten worden. Daarnaast is de informatie over CO2-uitstoot, waar om gevraagd wordt onder de rapportageverplichting WPM, voor veel ondernemingen slechts een fractie van de informatie die onder de CSRD gerapporteerd zal moeten worden. 

Toch nog een voordeel?

Toch kan u als organisatie uw voordeel doen als u al aan de rapportageverplichting WPM moet voldoen, voordat u gaat rapporteren onder de CSRD. Het is namelijk een behapbaar onderwerp dat gezien kan worden als oefening voor het verzamelen, beheren en rapporteren van niet-financiële informatie. Dit kan straks helpen om gegevens voor de rapportage onder de CSRD efficiënter en nauwkeuriger te verzamelen. Ook raden wij aan om de zakelijke vervoersadministratie zo in te richten dat de brongegevens voor zowel de WPM als de CSRD bruikbaar zijn. Te denken valt daarbij aan de woon- / werkafstand van alle medewerkers en de gegevens over de getankte brandstof voor uw bedrijfswagens.

Meer informatie

Heeft u vragen over de impact van de WPM of CSRD op uw organisatie? Of wilt u eens overleggen over hoe u uw administratie in uw situatie het beste in kan richten? Neem gerust contact op met een van onze specialisten.

Neem contact op